Is het aan jou om het verhaal van de ander te vertellen? En maakt het dan nog uit of het een gruwelijk klein verhaal is binnen het Grote Verhaal van de Holocaust?
Blog
Vanaf januari 2021 schreef ik iedere week een blog. Je kon er de kalender op gelijk zetten. Maar twee maanden geleden werd het stil op mijn site. Ik rondde wat werkzaamheden af voor de school die het niet cadeau krijgt en deed tussen de bedrijven door nog een kleine adviesopdracht. De rest van de zomer was ik in de weer met aannemers, Ikeakasten en verhuisdozen, om eind augustus aan een nieuw leven te beginnen in Weesp.
Daar zat ik dan, in mijn ruime werkkamer, aan mijn nieuwe professionele elektrisch verstelbare zit/stabureau. De verhuisdozen waren uitgepakt, ik had weer tijd en ruimte om een blog te schrijven. Maar het lukte niet, er kwam niets, was dit een writer’s block? En ik had nog wel zo’n mooi onderwerp. Ik wilde schrijven over de prachtige opdracht die tussen de bedrijven door op mijn pad was gekomen.
Thea
Thea was in 1952 geboren en werd vernoemd naar een ver familielid. Haar naamgenote liep haar leven lang zwijgend met haar mee. Een vrouw zonder gezicht, een jaar of dertig oud, in een vooroorlogs decor. Thea wist dat bijna alle Joodse familieleden in Auschwitz waren vermoord, maar de familie ging het onderwerp liever uit de weg. Ze kende enkele anekdotes uit de levens van haar ouders en grootouders, maar de verhalen vormden geen geheel. En met de jaren stierven alle mensen die haar meer hadden kunnen vertellen.
Auschwitz
In 2019 bezocht ze de Holocaustherdenking. En daarna Auschwitz, waar ze de gruwelijke geschiedenis liet binnenkomen. Terug in Nederland dook ze in de archieven. En zowaar, in de vorm van namen, datums en woonadressen verschenen ze: al die mensen die – keurig gedocumenteerd – in 1943 systematisch gedeporteerd en vermoord werden. Van de bejaarde Heintje Bobbe tot de eenjarige Klara Bachrach. Thea’s nog jonge moeder had die baby begin 1943 in handen gedrukt gekregen van de wanhopige moeder Chancie, maar zij had de zorg niet aangedurfd. Het hele gezin, inclusief de hoogbejaarde oma van Chancie, werd in 1943 vergast in Auschwitz en Sobibor. Ook Thea’s naamgenote kwam in beeld. Klara’s grote zus Thea bleek geen vrouw van dertig, maar een meisje dat niet ouder was geworden dan vijf. Zo kreeg de Thea van toen een definitieve leeftijd en een gezicht: het huilende snoetje van een kleuter die niet op de familiefoto wilde.

Een klus
Begin september belandde het document op mijn professionele zit/stabureau: de familiegeschiedenis die Thea schreef voor haar kleinkinderen. Van verschillende kanten had zij te horen gekregen dat het relevant was voor een groter publiek, maar het moest wel geredigeerd worden. Wat een prachtige opdracht, ik voelde me vereerd. Het werd snel duidelijk dat het me vele uren zou kosten om de familiegeschiedenis voor een groter publiek geschikt en interessant te maken. Zou Thea misschien een fonds kunnen vinden voor de bekostiging? Ik stelde voor dat we samen op zoek zouden gaan.
Namenmonument
Afgelopen zondag werd het Namenmonument geopend voor de 102.000 vermoorde Joden, Sinti en Roma uit Nederland. De families Bachrach en Bobbe waren de weken daarvoor veel in mijn gedachten geweest. Zij kregen in mijn hoofd nu gezelschap van die ontelbare andere slachtoffers. Ik staarde met betraande ogen naar mijn scherm en besloot dat het gewoon niet ging. Dit was mijn rol niet in hun verhaal. Maar wat was dan wel mijn rol?
Adriana Johanna
Ik ging naar het Holocaust Namenmonument en tikte op goed geluk mijn eigen voornamen in: Adriana Johanna. Die bleek ik te delen met slechts één van de 102.000 slachtoffers. Een kind dat niet ouder werd dan twaalf. Zij, alle vier haar broers en zussen en haar ouders werden in 1943 vermoord. Adriana Johanna de Boers, haar moeder Margaretha, haar broertje Louis en zusjes Bloeme en Sientje, stierven op 9 april 1943 in Sobibor, haar oudere halfbroer Izak op 2 juli. Eerder dat jaar, op 26 januari, was hun vader Maurits, lompenkoopman uit Amsterdam, vermoord in Auschwitz. Ik adopteerde haar naam. Daarna belde ik Thea om de opdracht terug te geven. Thea had alle begrip voor mijn keuze. Sterker nog, ook zij had besloten met ons project te willen stoppen.
Jammer Janneke, dat het project is gestopt. Het is zwaar om te schrijven èn te redigeren, maar de verhalen moeten verteld worden. Helaas zou ik haast zeggen, wanneer je de uitingen van sommigen in de media leest wordt er maar al te snel vergeten hoe erg het was en is.
Hannie Stork
Je hebt helemaal gelijk. Misbruik maken van verschrikkingen uit het verleden om je eigen eigentijdse puntje te maken is weerzinwekkend. En wees gerust, we stoppen niet helemaal, maar gaan verder in een andere vorm en met gesloten beurzen.